Op weg naar sociale duurzaamheid

In 2018 bestaat OIII architecten 20 jaar en dat mag gevierd worden. Twintig jaar geleden begon het bureau met weinig ervaring in het onderwijs en nu is er een aansprekende portfolio binnen het maatschappelijk vastgoed. OIII architecten is ontstaan uit een fusie van drie bureaus, gespecialiseerd in interieur, woningbouw en utiliteitsbouw. Tijd voor terug- en vooruitkijken met directeur Maarten Sanders.

“De combinatie van interieur en architectuur was en is één van onze selling points. Dat was in die tijd bijzonder; door de disciplines interieur en architectuur in samenhang aan te bieden onderscheidden we ons. Architecten zijn gewend om vanaf de buitenkant naar een gebouw te kijken en ontwerpen voor toekomstige gebruikers die ze vaak niet kennen. Interieurarchitecten zijn vooral bij de gebruikers betrokken om met hen de inrichting af te stemmen. Daardoor konden we verschillende invalshoeken integreren, afgestemd op de visie van de gebruikers. Wij werkten vanuit de binnenkant en gingen daarna pas over buiten nadenken. Na een eerste opdracht bij de Vrije Universiteit in Amsterdam begonnen de opdrachten te komen. Onze integrale aanpak sloot aan bij wat binnen het maatschappelijk vastgoed gevraagd werd, met nieuwe onderwijskundige inzichten rond flexibiliteit en verschillende gebruiksmogelijkheden.”

Lees verder onder de foto

Wibauthuis – Hogeschool van Amsterdam

NAAST ELKAAR LEVEN
“Sindsdien bedienen we in toenemende mate in steeds meer sectoren van profit naar primair onderwijs tot wetenschappelijk onderwijs opdrachtgevers. Wat leuk is, is dat verschillende sectoren van oudsher naast elkaar leven en ruimtelijk heel anders met veranderingen omgaan. We hadden ervaring met het nieuwe werken bij de Rabobank en Shell en zagen dat het onderwijs ook behoefte kreeg aan gedeelde werkplekken en meer synergie tussen docenten en studenten. Wij konden de ruimte daarop afstemmen evenals de organisatie van het gebouw, omdat we dat al vaker hadden gedaan. Dat pasten we toe in de hogeschool van Amsterdam, onze projecten in Frankrijk of de Hogeschool Utrecht. We zien dat in het middelbaar en basisonderwijs de ideeën over het faciliteren van kennisuitwisseling en vormen van zelfsturing steeds meer doorsijpelen. Ook in de ruimtelijke organisatie van brede scholen zie je een variëteit aan gebruiksmogelijkheden en leersituaties ontstaan.”

Lees verder onder de foto

Serre Numérique Valenciennes

KWALITEIT INRICHTING
“Naast de klassieke groepsruimte wordt het belang van andere soorten werkplekken steeds groter. Scholen werken met leerpleinen en projectruimten en de inrichting wordt informeler. Ons stokpaardje is dat hoe meer zorg je aan de inrichting besteedt hoe langer het goed blijft. Onderwijs is een heavy duty en de inrichting wordt zwaarbelast. Daar is nog veel te winnen. Hufter proof als eis blijft wel bestaan, maar het gaat erom dat je dynamiek organiseert door naast beweging en spanning ook rust te organiseren. Een stad met een bruisend centrum met geluid en uitwisseling heeft ook buitenwijken nodig, waar je je kunt terugtrekken. Dynamiek en openheid zijn goed, maar leerprocessen en individuele verschillen zorgen ervoor dat verschillende mensen verschillende plekken nodig hebben. Door plekken te ontwerpen voor rust en dynamiek houd je meer rekening met verschillen en fasen, waardoor andere condities ontstaan voor verschillende ruimten en materialen. Bij sommige scholen maken we bij elk lokaal een apart kamertje waar kinderen begeleiding kunnen krijgen of alleen kunnen werken. Zowel in bedrijven als scholen is het maken van stilteplekken met een akoestische demping en een zonering aan de rand een goede aanvulling op het traditionele onderwijs.”

Lees verder onder de foto

Benno Premselahuis – Hogeschool van Amsterdam

SOCIALE DUURZAAMHEID
“De bewustwording van duurzaamheid is een essentieel onderdeel van architectuur geworden. In veel vraagstukken wordt gefocust op energieverbruik en minder op grondstoffen. Onze visie is dat een opgave een vorm van sociale duurzaamheid moet zijn. Dat heeft te maken met verschillen tussen mensen maar ook dat gebouwen en plekken een aanleiding moeten zijn om je ergens verbonden mee te voelen. Mensen trekken zich terug in hun eigen bubbel door de massacommunicatie en digitalisering; kinderen komen minder buiten en de betekenis van de publieke ruimte staat onder druk. Ik vind vanuit een sociale duurzaamheidgedachte dat we moeten kijken hoe een gemeenschap moet kunnen functioneren, naast het behoud van de aarde. De architect heeft tot taak zich ook bezig te houden met de haalbaarheid van de sociale gemeenschap. Kwaliteiten als tolerantie en rekening houden met verschillen zijn immers aan erosie onderhevig.”

Lees verder onder de afbeelding

Brede school De Kersenboom in Diemen

2018
“2018 is een jaar waarin we willen terugkijken op een periode waar we veel van kunnen leren. Met de ervaring die we hebben en de vorm van architectuur en interieur die duurzaamheid in de breedste zin ondersteunt. Dat willen we delen met collega’s, opdrachtgevers en gebruikers. Meestal worden opdrachten gegeven aan de hand van architectenselecties. Je kunt je afvragen of dat nu een duurzame wijze van selecteren is. Hoe kun je meer van elkaars kracht gebruik maken? Door uitwisseling willen we die ideeën steeds scherper krijgen en ze ook realiseren. Eén van de sleutels is om architectuur als katalysator van een sociale gemeenschap in te zetten. Dat doe je door gebruikers bij de ontstaansgeschiedenis van een gebouw te betrekken en hen te prikkelen hun verbeelding in te zetten. Mijn ambitie is om het gebouw als een community art in de omgeving te integreren. We zijn techneuten en geen verbeelders. Door ook kunstenaars bij de ontstaansgeschiedenis te betrekken is een gebouw meer dan een functioneel ding en draagt het bij aan een betekenisvolle omgeving.”

>> Download dit artikel in pdf >>